Cotopaxi en terug naar de kust.... - Reisverslag uit Quito, Ecuador van Joëlle Eikelboom - WaarBenJij.nu Cotopaxi en terug naar de kust.... - Reisverslag uit Quito, Ecuador van Joëlle Eikelboom - WaarBenJij.nu

Cotopaxi en terug naar de kust....

Door: Joelle

Blijf op de hoogte en volg Joëlle

23 Mei 2014 | Ecuador, Quito

Zondag kwam ik in een nieuwe kamer voor acht personen. Toen ik er binnen kwam, dacht ik meteen... oh nee.... Overal lag namelijk zooi. Hoe moesten al mijn spullen daar nog bij?! Er was nog één bed vrij, boven een Ecuadoriaan, die de paniek in m´n ogen zag... :P. Ik raakte met hem aan de praat en hij blijkt in Oostenrijk te wonen en kliminstructeur te zijn. Hij reist over de hele wereld om groepen te begeleiden met klimmen. De rest van de kamergenoten blijken in de loop van de dag te vertrekken, dus dat valt weer mee....

Maandag begon ik de dag met een goed ontbijt. Het hostel waar ik in Quito verblijf voelt als thuis! Het is erg schoon, gelegen in een rustige straat maar wel midden in het centrum en de mensen zijn erg aardig.
Het Australische koppel dat ik zaterdag binnen had zien komen, komenn nu een praatje maken. We willen allemaal graag Nationaal park Cotopaxi bezoeken. Peter (uit Alaska) hoort dit en zo komt het dat we met z´n vieren naar het bedrijf gaan waar Louis (de kliminstructeur) regelmatig werkt. Ik had eigenlijk in m´n hoofd om gewoon de berg te bezoeken, zoals zoveel toeristen maar Peter, John en ik hebben wel zin in een uitdaging. Dus we besluiten om met Louis en een andere gids vrijdagnacht de berg te gaan beklimmen. We gaan meteen alle spullen passen.

Als dat is gebeurt nodigt Louis ons uit om mee te gaan rotsklimmen. Peter en ik hebben toch geen plannen en na de jungle heb ik wel weer zin om eens wat te doen!
Een vriend van Louis is er ook, dus we zijn met z´n vieren. Het is een onverwachts heerlijke middag. Het uitzicht op de plek waar we klimmen is erg mooi en het is heerlijk weer. Ik besef die middag weer hoe geweldig het is om op reis te zijn, nieuwe mensen te ontmoeten en spontaan dingen te ondernemen met elkaar.

Aangezien de Cotopaxi 5.897 meter hoog is, is de kans erg groot dat we last krijgen van hoogteziekte. Er is op die hoogte namelijk erg weinig zuurstof in de lucht. Mijn plan was om na Quito richting Quilotoa te gaan, omdat daar een mooi kratermeer ligt maar het is handiger om daar de komende dagen te aclimatiseren. Quito ligt op 2800 meter en Quilotoa op ongeveer 4000 meter. Dus John, Peter, Emily (die de berg niet gaat beklimmen) gaan op dinsdagochtend eerst naar Latacunga (2 uur vanaf Quito) en daarna naar het dorpje Quilotoa.
We komen aan het eind van de middag aan en op aanraden van Louis boeken we een hostel voor 15 dollar inclusief ontbijt en avondeten. Het is tot nu toe de meest simpele kamer waar ik heb geslapen. Er is een houtkacheltje (wat nog niet brand..) en we blijken alleen stromend water op verzoek te hebben...
Het gigantische kratermeer ligt praktisch in de achtertuin van het hostel. We hoeven achter het hostel alleen maar een heuveltje op te lopen en dan hebben we schitterend uitzicht over het meer. In ons enthousiasme gaan we meteen aan de afdaling naar het meer beginnen. We zijn in 3 kwartier beneden maar dan begint de klim omhoog. We merken meteen dat we niet aan de hoogte gewend zijn. Na 10 minuten steil omhoog lopen zijn we buiten adem! We besluiten het wat rustiger aan te doen en we stoppen regelmatig om weer op adem te komen.
´s avonds is het ijskoud. Mijn thermo ondergoed trek ik de komende dagen niet meer uit en in onze kamers hebben we alleen de houtkachel. Gelukkig krijgen we, nadat we zelf een kwartier zitten te klooien, hulp van de familie die het vuurtje binnen 5 minuten op gang krijgt...

De volgende dag gaan we met de vader van de familie op pad. We gaan rondom het meer lopen. Nu lijkt dat niet echt steil maar als we er eenmaal lopen blijkt het mede door de weersomstandigheden en de hoogte een zware klim te zijn! Het gaat onderweg ook flink regenen. Uiteindelijk doen we over de 13 km lange tocht ongeveer 6 uur. We zijn allemaal helemaal kapot maar een warme douche zit er helaas niet in... We hebben de afgelopen dagen steeds moeten vragen of ze de kraan aan willen zetten, zodat we de toilet kunnen doorspoelen en we poetsen onze tanden met behulp van flessen water.

Op donderdag nemen we om 05.00 uur al afscheid van de familie en worden we door vader afgezet in Saquisili. Hier is namelijk op donderdagochtend een grote markt. We genieten van de sfeer op de markt. Op een Ecuadoriaanse markt is er altijd een plein met allerlei kraampjes waar je kunt eten. Het hele plein is eigenlijk één groot openlucht restaurant. Op het eerste gezicht ziet het er soms niet heel smakelijk uit maar de soepen die de vrouwen maken zijn heerlijk!
Als Peter en John een cuy (cavia) aan het spit zien willen ze dit typisch Ecuadoriaanse/Peruaanse gerecht graag proberen. Zo´n cuy blijkt nog best prijzig. Voor een halve cuy betalen ze 7 dollar (voor een complete lunch met vooraf soep en daarna rijst, vlees en een vers fruit sapje betaal je hier 3 dollar). De cuy word door midden geknipt en ook ik wil natuurlijk wel een hapje proberen. Dus ook ik neem een hapje cavia... en het smaakt best lekker! Het smaakt een beetje naar kip.
Op de markt worden ook veel (levende) dieren verkocht. Emily is een echte dierenliefhebster en heeft het er soms maar wat moeilijk mee.
Als we langs een kraam komen met allemaal kuikens en kippen kan Peter het niet laten om er eentje te kopen. Voor twee dollar koopt hij een nog levend kuiken die in een papieren zak word gestopt...
Maarja wat moet je nou met zo´n beestje... Uiteindelijk geeft hij het kuiken aan een vrouw die ons de weg wijst richting de bus.
Als we in de bus zitten staat er ook een familie met drie schapen te wachten langs de kant van de weg. En tot onze verbazing gaan alle drie de schapen gewoon mee onderin het laadruim van de bus....

Op vrijdag is het dan eindelijk tijd voor de Cotopaxi. Om 10 uur worden opgehaald door een grote terreinwagen die je hier veel ziet. Emily wil graag paardrijden in het natuurgebied, dus die gaat ook mee. Er kunnen maar 5 mensen in de auto en we zijn met z´n zessen.. Gelukkig hebben ze daar in Ecuador een oplossing voor, de rest gaat gewoon in de achterbak. Je ziet terreinwagens met hele gezinnen in de achterbak met 80 km per uur voorbij razen... iets wat in Nederland natuurlijk ondenkbaar is. Ik hou af en toe dan ook mijn hart vast hier.
Rond het middaguur komen we aan bij het hostel. Het nationale park ligt een stuk verderop. We lunchen en daarna is het tijd voor de laatste check van de materialen en instructie.
Onze uitrusting voor de klim (naast thermo ondergoed en een dik vest) bestaat uit: schoenen, stijgijzers, stukken die je om je schoenen en onderbenen doet, een warme broek, klimgordel, hoofdlampje, zonnebril en een pikkel.
In onze uitrusting staan we even later in de tuin van het hostel. Het is belangrijk om een aantal dingen te oefenen, zoals jezelf tegen houden op het moment dat je valt d.m.v. de pikkel in de grond (straks ijs) te slaan, te oefenen op welke manier je moet afdalen en stijgen en het belangrijkste is dat we het touw tussen de klimmers strak houden.
Als het erg steil is moeten we met een soort kruispas omhoog lopen. En als we naar beneden gaan moeten we door de knieeën zakken en naar achter leunen.
Na het oefenen is het tijd om te rusten. We klimmen ´s nachts omdat het ijs overdag smelt door de felle zon en het dus gevaarlijk kan zijn.
Na het avondeten proberen we allemaal wat te slapen maar de adrealine giert inmiddels aardig door mijn lijf. Buiten klinkt harde muziek, gaan autoalarmen af en ook blijft de telefoon maar rinkelen in het hostel, kortom slapen lukt helaas niet.
Om 21.00 uur gaan we er maar uit om alle spullen aan te trekken en opweg te gaan naar de Cotopaxi. Het is ongeveer een uurtje rijden.
Bij de parkeerplaats aangekomen bevinden we ons op een hoogte van 4.600 meter. De klim begint meteen steil omhoog via rotsen en los zand. Dit maakt de eerste 200 meter naar de refugio behoorlijk zwaar. Hier slaap je normaliter maar helaas is de hut nu gesloten in verband met een verbouwing. Ik ben als we bij de refugio aankomen compleet buiten adem en mijn hart bonkt in mijn keel. Ik voel een lichte hoofdpijn. Ik ben nu al bang dat mijn lichaam mij in de steek laat. Louis zegt dat ik veel water moet drinken en John heeft gelukkig medicijnen tegen de hoogteziekte bij zich. Na een korte pauze kan ik gelukkig weer door.
Louis is tijdens de klim mijn gids en Peter en John gaan onder begeleiding van gids Carlos de berg op.
Het is inmiddels een uur of half twaalf als we aan komen bij het ijs en de sneeuw. Ik kan het gevoel moeilijk omschrijven hoe het is om in het pikkedonker, op zo´n hoogte op stijgijzers een metershoge berg te beklimmen.
Het is maar goed dat we geoefend hebben met die stijgijzers in het gras, want het blijkt zo steil te zijn. Voor de wintersporters onder jullie... Het was nog veel steiler dan de zwarte piste. Het is gewoon een ijswand recht omhoog. Ik probeer mijn verstand op 0 te zetten en me te focussen op het ritme dat Louis aan houdt. We klimmen constant met behulp van de kruispassen. Met van die ijzers onder je schoenen en op zo´n enorm steile berg betekend dat, dat de druk constant op je enkels staat. Na een uur klimmen doen mijn enkels dan ook enorm veel pijn en ook voel ik mijn hart weer kloppen als een gek. Ik wil kosten wat het kost doorgaan maar ik ben erg bang dat ik teveel eis van mijn lichaam. Een aantal keren ben ik echt bang. Maar Louis probeert me door die momenten heen te slepen. Hij zegt steeds dat ik het kan, dat het hem niet uitmaakt als we de top pas om 08.00 uur bereiken maar dat we het gaan halen. Despacio... despacio... La vida es dura, tu eres fuerte!
En aangezien ik al vaker door heb moeten zetten in mijn leven, wil ik ook nu niet opgeven. We zijn inmiddels al aardig hoog en we zien het verlichte Quito (dat op een afstand van 50! km ligt) liggen. Het lijkt net alsof ik in een vliegtuig zit. Als ik even wil uitrusten moet Louis steeds een stuk uit het ijs hakken. Omdat het zo steil is is het niet mogelijk om gewoon te gaan zitten, want dan glij je meteen naar beneden. Maar we moeten steeds na maximaal twee minuten weer door, want het is te koud om stil te blijven staan/zitten.
Als ik omhoog kijk zie ik alleen maar ijs en lichtjes van andere klimmers. Ik zie de lichtjes van John, Peter en Carlos. Ze zijn vlakbij!
Als we bij hen aankomen blijkt dat Peter zich echt heel slecht voelt en hij zegt niet meer verder te kunnen. Hij gaat met Carlos naar beneden en John sluit aan bij mij en Louis. We hebben inmiddels 5 uur geklommen en het is nog steeds donker. Ik wil nog steeds niet opgeven, dus we gaan door. Mijn lichaam voelt raar. Ik heb lichte hoofdpijn, ben een soort van misselijk, mijn enkels doen gigantisch veel pijn en ik hijg enorm maar toch voel ik me niet moe.
Op een gegeven moment zien we de top. We zijn op een hoogte van 5.650 meter. Die top lijkt zo dichtbij maar Louis verteld dat we nog zeker 2 uur moeten klimmen en dat het zo steil blijft. Ik moet inmiddels om de 5 passen stoppen om op adem te komen, het gaat zo tergend langzaam. Maar je lichaam kan gewoon niet sneller. John ziet er slecht uit. Hij is lijkbleek en moet overgeven. Louis maakt de beslissing dat we terug keren. Ik blijf enkele minuten staan, omdat ik eigenlijk nog steeds verder wil. Maar de zon komt al op en het uitzicht is zo mooi, dat het niet meer voelt als opgeven. Die 200 meter hoger zou geen verschil maken voor het fantastische uitzicht maar misschien wel voor mijn leven, dus ondanks dat het moeilijk is, beginnen we met afdalen.
En nu voel ik wel hoe uitgeput ik ben. Ik voel me verschrikkelijk en ben niet vooruit te branden. Soms probeer ik even stil te staan bij het uitzicht, want doordat we ons zo slecht voelen is het moeilijk om nog te genieten van het uitzicht. We strompelen door de sneeuw maar ook nu moeten we ons hoofd erbij houden, want tijdens het afdalen gebeuren de meeste ongelukken. We zijn uiteindelijk rond 08.00 uur weer beneden. We kunnen alledrie geen woord meer uitbrengen en voelen ons erg ziek.
We krijgen ontbijt in het hostel maar ik krijg geen hap door mijn keel. Terug in Quito is het enige wat we kunnen doen slapen...

De volgende dag voelt mijn hoofd wat beter maar mijn handen tintelen heel erg en ik heb het steeds koud. Als ik de drie trappen op loop om naar Peter zijn kamer te gaan ben ik compleet buiten adem.
Maar toch willen we vandaag nog wat gaan doen. Sinds ik hier ben staat namelijk Mitad del Mundo (de evenaar) op mijn lijsje.
De evenaar ligt hier ongeveer een uurtje vandaan met de bus. Er zijn twee verschillende plekken. Het ene is heel erg commercieel en 200 meter verder heb je de ´echte´ plek waar een museum omheen is gemaakt over de volken die in de jungle leven in Ecuador. We bezoeken allebei de plekken maar op de eerste commerciële plek ben ik meer gefascineert over de geweldige foto´s van bergtoppen (ja ook de Cotopaxi) die een beroemde klimmer heeft gemaakt, dan van de evenaar zelf...
Het museum over de volken is interessanter maar veel heb ik al eerder in de jungle zelf gehoord of gezien. Na een rondleiding komen we aan bij de evenaar waar we een aantal proefjes doen. Een van die proefjes is met water. Als we in Europa de kraan open draaien loopt het water via een bepaalde kant het putje in, in het zuiden aan de andere kant van de evenaar is dit de andere kant op. En óp de evenaar draait het water niet één kant op maar gaat het meteen recht naar beneden. Heel bizar om dat te zien. En ook weet ik nu dat het woord ´Ecuador` letterlijk aan beiden kanten gelijk betekent.
De volgende dag moet ik nog steeds een beetje bijkomen maar gelukkig heb ik geen last meer van mijn handen en ook ben ik niet meer steeds buiten adem. Ik heb nog veel contact met de meiden die ik heb ontmoet in Montanita. Stacey (meisje uit Canada) zit al een tijdje aan de kust en wil graag dat ik langs kom. Na al dat geklim ben ik wel toe aan wat relaxen en ook Louis (die de berg de nacht erna met een andere groep nog een keer heeft beklommen zonder een uurtje slaap...) kan ook wel wat ontspanning gebruiken. We besluiten daarom om maandagnacht opweg te gaan naar Canoa. Deze plaats ligt hier ongeveer 7 uur vandaan. Het is totaal niet op mijn route aangezien ik toch eens naar het zuiden moet maar goed het is erg leuk om Stacey weer te zien. In de bus word ik alleen wakker met enorme stekende hoofdpijn. Ook dit komt door het drukverschil van de afgelopen dagen. En de kust ligt natuurlijk een stuk lager dan Quito.
In Canoa voetballen we op het strand met de locals en ook sta ik weer eens op een surfboard :D. Verder is het dorp uitgestorven en is er weinig te beleven.
Na drie dagen nemen we weer afscheid en hopelijk zien we elkaar in de toekomst ergens!
Vandaag mijn allerlaatste dag in Quito. Morgen ga ik dan toch echt een stukje naar het zuiden, namelijk naar Baños.







  • 23 Mei 2014 - 21:44

    Jannie Roobol:

    Hoi Joëlle,

    Wat een belevenis! De foto's zijn ook prachtig! Die sanitaire voorzieningen en die cavia, dat lijkt me
    helemaal niks (ha, ha) Goede reis weer voor je volgende trip en geniet er weer van.
    Groetjes van ons allemaal
    t. Jannie

  • 23 Mei 2014 - 21:56

    Marja Vd Linde:

    Lieve Joëlle ,

    Wat ben ik blij dat je weer heel op de aarde ben na deze beklimming je hebt inderdaad al eens eerder voor je leven moeten vechten alleen wel op een wat andere manier. Zul je wel op je zelf letten en niet het uiterste van je lichaam vergen. In je verhaal foto,s en filmpjes ben ik wel in gedachten met je meegelopen. Leuk dat je ook iedere keer weer nieuwe maar ook voor jou weer bekende tegenkomt. Rust nu maar weer even lekker uit. Een goede reis verder toegewenst. Hier gaat alles goed en het wordt ook wat lekkerder weer en genieten daar ook van. Nog een grote week en dan gaan wij naar Frankrijk. Op donderdag de 5e juni gaat oom Rob de Alpe D Huzes op voor het KWF. Dit wordt volgens mij ook een hele belevenis als ik de informatie lees. Robert vertrekt de 1e naar Vietnam en Marlies en René zijn gewoon aan het werk. Ja je hebt werkpaarden en luxepaarden he. Nu Jootje je weet ook weer wat van ons en blijven je steeds volgen. Veel plezier en een dikke pakkerd van je oom en tante. Dooooooooooeg

  • 24 Mei 2014 - 00:17

    Anna:

    Dikke dikke dikke like!

  • 24 Mei 2014 - 05:52

    Marja :

    Geweldig, wist altijd al dat wij een doorzetter naast ons hadden wonen:-). Indrukwekkend ook hoe je alles omschrijft, je voelt bijna de uitputting en je wil om het te halen. Nu tijd voor de volgende fase van je reis. Groetjes van je buuf Marja.

  • 24 Mei 2014 - 12:13

    Annelies Eikelboom:

    lieve Jo,

    ik ben ontroerd door je verhaal en foto's; wat een belevenis!!
    Het vervuld mij met dankbaarheid ,dat je weer heelhuids beneden bent aangekomen!!
    Heb in gedachten de nacht met je door gelopen!!
    Want het maakte mij echt ongerust!!!
    Papa en ik hebben diep respect voor je vermogen om door te gaan, ook al wordt het uiterste
    van je gevraagd.

    lieve schat pas goed op je zelf en geniet met volle teugen van deze heerlijke tijd!!

    hele dikke kusss van papa&mama

  • 24 Mei 2014 - 13:00

    Tanta Christa:

    Hoi Joélle, Wat spannend allemaal. Mooie foto's ook. Ik weet wel dat als je de volgende keer bij ons komt ik een extra slot op het buitenhok doe. Kun je in ieder geval niet bij onze cavia. Ga het maar niet te lekker vinden. !!!!!
    Nog heel veel plezier en pas goed op jezelf.
    gr van de hele fam. tante Christa

  • 25 Mei 2014 - 14:14

    Lau:

    heeeee chick,,

    Wat een tof en bijzonder verhaal om te lezen :D
    Ik ben blij dat je weer goed voelt!!
    Hele mooie foto's ook!!
    Genietse!!
    Kuss!!

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Joëlle

Actief sinds 29 Maart 2014
Verslag gelezen: 447
Totaal aantal bezoekers 12002

Voorgaande reizen:

05 April 2014 - 05 Augustus 2014

Backpacken Zuid-Amerika

Landen bezocht: